Dat zei de Turkse premier Erdogan vanmiddag in een toespraak voor de Arabische Liga in Kairo.
Erdogan, die gisteren in de Egyptische hoofdstad arriveerde voor een driedaags bezoek aan Noord-Afrika, zei in zijn speech dat Arabische leiders de “legitieme wensen” van hun volkeren niet “met geweld kunnen onderdrukken”. Erdogan voegde daaraan toe dat “zij die de rechtvaardige eisen van hun mensen blokkeren zullen inzien dat zij fout zitten”.
De Turkse premier deinsde ervoor terug het aanhoudende regeringsgeweld van het Syrische regime tegen de eigen bevolking expliciet te benoemen. De Arabische Liga liet vanmiddag een verklaring uitgaan waarin het regime van president Assad opnieuw oproept het geweld te beëindigen en een dialoog met de oppositie te beginnen. De premier van Qatar zei dat “het bloedbad” in Syrië tot een einde moet komen en dat een terugkeer van “wijsheid en dialoog” nodig zijn.
Erdogan haalt uit naar Israël, juicht erkenning Palestina door VN toe
Erdogan ging in zijn toespraak in Kairo ook in op volgende week dinsdag, de dag dat de Palestijnse Autoriteit de Algemene Vergadering van de VN zal vragen Palestina te erkennen als staat. De Turkse premier zei dat het tijd is dat de Palestijnse vlag gaat wapperen bij de Verenigde Naties. “Het erkennen van Palestina is geen optie, maar een verplichting”, zo zei Erdogan.
Ten slotte haalde Erdogan ook uit naar Israël, het land waarmee Turkije in de clinch ligt over de bestorming van het Turkse activistenschip Mavi Marmara van vorig jaar. Erdogan zei dat Israël niet boven het internationale recht staat en dat de Joodse staat “zal moeten betalen voor hun terreurdaden”. Hij voegde toe dat Turkije de conclusies van het VN-rapport over het incident met de Mavi Marmara, waarin staat dat Israël het recht had het schip tegen te houden, “volledig verwerpt”, meldt nrc.nl.